Een nieuwe review in The Lancet Child & Adolescent Health biedt een bijgewerkte evaluatie van de werkzaamheid en veiligheid van niet-medicamenteuze behandelingen voor ADHD bij kinderen en adolescenten, waarbij de kwaliteit en het bewijsniveau voor negen interventiecategorieën worden besproken.
Uit de review [zotpressInText item=”{9309347:HZ32FM3J}” format=”(%num%)” brackets=”yes”] blijkt dat – in tegenstelling tot medicatie – geen van de niet-medicamenteuze behandelingen een consistent sterk effect vertonen op ADHD-symptomen. Bij het overwegen van brede uitkomsten (bijv. comorbide stoornissen, stress bij directe naasten en gedragsverbetering), kan multicomponent (cognitieve) gedragstherapie (evenals medicatie) nu als een primaire ADHD-behandeling beschouwd worden.
Met betrekking tot secundaire behandelingen vertoonden meervoudig onverzadigde vetzuren een consistent bescheiden effect op ADHD-symptomen wanneer ze gedurende ten minste 3 maanden werden ingenomen. Ook vertoonden mindfulness en suppletie met meerdere voedingsstoffen met vier of meer ingrediënten een bescheiden werkzaamheid op niet-symptoomuitkomsten.
Alle andere niet-medicamenteuze behandelingen waren veilig; behandelaren kunnen het gebruik ervan toestaan, maar het is wel raadzaam om patienten te informeren over afwezigheid van bewezen werkzaamheid in vergelijking met andere behandelingen.
[zotpressInTextBib style=”vancouver” sort=”ASC”]
