Een belangrijke vraag in de psychologie en genetica is in hoeverre ADHD-gedrag overgedragen wordt van ouders op kinderen en door welke mechanismen deze overdracht plaatsvindt.
Onderzoeksmethoden
Onlangs is er een grootschalige studie (Kleppesto et.al, 2024) uitgevoerd binnen de Noorse Moeder, Vader en Kind Cohort Studie, waarbij 22.276 ouders en 11.566 kinderen van 8 jaar oud betrokken waren. Deze studie maakte gebruik van een unieke datastructuur – kinderen van tweelingen en hun broers en zussen – die het mogelijk maakt om genetische en milieugerelateerde invloeden apart te bestuderen. Ouders rapporteerden zelf over hun ADHD-symptomen, waarbij vaders hun eigen symptomen en moeders zowel hun eigen symptomen als die van hun kind rapporteerden.
Resultaten
Uit de resultaten bleek dat er een significante correlatie bestaat tussen het ADHD-gedrag van kinderen en dat van hun ouders; 0.24 met moeders en 0.10 met vaders. Deze correlaties bleken voornamelijk het gevolg van genetische factoren. Zo werd 11% van de variatie in ADHD-gedrag bij kinderen verklaard door genetische factoren die actief zijn in beide generaties, en 46% door genetische factoren specifiek voor de kinderen zelf. Dit resulteerde in een totale erfelijkheid van 57%.
Daarnaast bleek uit het onderzoek dat slechts een klein deel (2%) van het ADHD-gedrag verklaard kon worden door milieugerelateerde overdracht via ouderlijk gedrag, met een aanvullende 3% verklaard door een correlatie tussen genen en omgeving.
Conclusies
De bevindingen van deze studie suggereren dat de overdracht van ADHD-gedrag tussen generaties voornamelijk genetisch is bepaald. Er is weinig bewijs gevonden dat ADHD-gedrag bij kinderen veroorzaakt wordt door het gedrag van de ouders zelf. Dit spreekt eerdere theorieën tegen die stellen dat omgevingsfactoren zoals opvoedingsstijlen of psychologische levensgeschiedenissen een belangrijke rol spelen in de overdracht van ADHD.
Implicaties
De resultaten hebben belangrijke implicaties voor de behandeling en preventie van ADHD. Kennis dat de aandoening sterk genetisch bepaald is, kan helpen bij het vroegtijdig identificeren van kinderen die risico lopen, en kan leiden tot meer gepersonaliseerde behandelopties die rekening houden met de genetische aanleg van het individu.
Terwijl verder onderzocht wordt in welke mate omgevingsfactoren zoals dieet, onderwijs, en sociale interacties een rol kunnen spelen, blijft de genetische component een fundamenteel aspect van ADHD dat niet over het hoofd gezien mag worden. Meer onderzoek is echter nodig om de complexe wisselwerking tussen genen en omgeving volledig te begrijpen.
Referenties
Kleppesto, T. H., Eilertsen, E. M., van Bergen, E., Sunde, H. F., Zietsch, B., Nordmo, M., … Torvik, F. A. (2024). Intergenerational transmission of ADHD behaviors: genetic and environmental pathways. Psychological Medicine, 54(7), 1309–1317. doi:10.1017/S003329172300315X